gebouwkunde, kantoor-
concepten & vastgoed

 

dit artikel wordt mede mogelijk gemaakt door
wigli - zitten opnieuw uitgevonden

voor ipresentatie klik op plaatje.....

wigli - zitten opnieuw uitgevonden

voor rechtstreekse webinformatie klik op logo.....

(1102/1712-01)


voor het artikel in het Nederlands klik op onderstaand plaatje

rijkskantoor turfmarkt 147 den haag

door smaak, blad voor de rijkshuisvesting
mede mogelijk gemaakt door facilitaire informatie online




















gebouwkunde, kantoor-
concepten & vastgoed

Turfmarkt 147 - Den Haag

uit smaak special oktober 2013, tijdschrift van de rijkshuisvesting
mede mogelijk gemaakt door wigli, het zitten opnieuw uitgevonden


Rijkskantoor Turfmarkt 147, Den Haag is de hoofdzetel van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en het ministerie van Veiligheid en Justitie.


'Werken aan dit project was miraculeus'

1. Voorwoord van Roos M. van Erp-Bruinsma
2. Architect Hans Kollhoff over zijn ontwerp
3. Colofon bij deze webpagina

top pagina mede mogelijk gemaakt door: index

Voorwoord

Roos M. van Erp-Bruinsma
CEO/Directeur-generaal a.i.
Rijksvastgoedbedrijf i.o.

fotografie Inge van Mill

Binnen tijd en binnen budget gerealiseerd! Het grootste kantoorgebouw van Nederland. Dat mag gezegd worden. En dat doe ik met trots. Een integer ontwerp, bijzondere technische oplossingen, uitgekiende logistiek, vakmensen op de bouw, heldere afspraken, een uitstekende projectdirectie aan opdracht geverskant en een zeer gemotiveerd projectteam van de Rijksgebouwendienst. Enorm trots ben ik op de bijdrage van minister Opstelten, minister Plasterk en onze ‘eigen’ minister Blok. Zij zijn de eerste ministers die het Turfmarktcomplex als hoofdzetel gebruiken. Dat is geschiedenis schrijven. Dat doen de ministers met plezier!

Een gebouw van deze omvang bouwen is een ‘huzarenstuk'. Zo’n complex betrekken, met duizenden collega’s uit bijna dertig gebouwen, binnen een paar maanden verhuizen, in één keer overgaan op een nieuwe werkwijze en dat zonder hick-up in de day-to-day business. Dat is knap werk!

Graag wil ik iedereen die heeft bijgedragen aan de realisatie van het Turfmarktcomplex hartelijk bedanken. Denkers, ontwerpers, rekenaars, bouwers, bestuurders van onze thuisstad, collega’s. Allemaal veel dank! Er staat een complex waar wij trots op zijn. Dat de tand des tijds zal doorstaan. Een icoon.

Roos M. van Erp-BruinsmaCEO/Directeur-generaal a.i.
van het Rijksvastgoedbedrijf i.o.

DezeTekstIsVanLeoHooijmansGalileo
top pagina mede mogelijk gemaakt door: index
NoordwijkFacilitaireInformatieOnline
Architect Hans Kollhoff. 'Wij willen de omgeving met de nieuwbouw verzoenen'.

Architect Hans Kollhoff over zijn ontwerp

De Duitse architect Hans Kollhoff ontwierp het kantoorcomplex waarin de ministeries van Veiligheid en Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn gehuisvest. Hoogbouw moet volgens hem aan duidelijke eisen voldoen: passen in de omgeving en voorzien zijn van een juiste bekroning. De architect kijkt met tevredenheid naar het eindresultaat.

Met zes andere architectenbureaus deed Hans Kollhoff in 2002 mee aan de competitie een nieuw onderkomen te ontwerpen voor de ministeries van Veiligheid en Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Met een gedrevenheid die ruim tien jaar later nog nauwelijk aan kracht heeft ingeboet, vertelt Hans Kollhoff (1946) waarom zijn bureau indertijd aan die prijsvraag meedeed: ‘Het was de bedoeling dat er een enorm groot volume voor maar liefst twee ministeries gebouwd moest worden in de context van de oude stad. Dat vind ik fascinerend. Iets nieuws bouwen in een historische omgeving, zo dicht bij het stadscentrum van Den Haag, dat is volgens mij precies de taak van de architect. En om daar dan een goed ontwerp voor te maken, dat vind ik ronduit miraculeus.

’Miraculeus: Kollhoff doelt dan zowel op het ontwerpproces als op het eindresultaat. ‘In veel steden worden zulke grote volumes eerder buiten het stadscentrum gebouwd. Kijk naar Amsterdam, waar zoiets binnen de grachtengordel nooit mogelijk zou zijn. En wanneer er wel in een historische context wordt gebouwd, het dikwijls op haar geweten dat ze een verwoestende invloed heeft gehad op die kwetsbare omgeving.
Dat is verschrikkelijk. Wij willen juist de omgeving met de nieuwbouw verzoenen en dat is precies wat we in Den Haag hebben geprobeerd te doen.’Niet voor niets verwees Kollhoff naar de Amerikaanse stad Chicago, de bakermat van de hoogbouw. Hans Kollhoff: Chicago bewijst dat het bij hoogbouw niet primair gaat om de hoogte van de gebouwen, maar vooral om het inpassen in de omgeving.’ Het bijzondere aan de hoogbouw in Chicago is dat daar gebouwen van verschillende hoogte keurig naast elkaar staan binnen hetzelfde blok. ‘In Chicago kun je zien hoe het mogelijk is om ondanks de hoogte van de gebouwen toch stedelijke ruimte te creëren, om straten te maken en parken aan te leggen. Het gaat er om het straatniveau te respecteren om individuele huizen en gebouwen in hun waarde te laten.’


Hoogbouw stond ooit in een kwaad daglicht, constateert Kollhoff, maar dat hadden de toenmalige architecten goeddeels zelf veroorzaakt. ‘In de jaren zestig en zeventig kwam de kritiek op hoogbouw erop neer dat de architecten de menselijke schaal volledig uit het oog hadden verloren. Dat was ook zo. Maar naar mijn mening is het heel goed mogelijk hoogbouw bij architectonische opgaven toe te passen. Dat moet je alleen wel goed doen. In Chicago is te zien hoe het moet. Hoogte is niet zo belangrijk. Natuurlijk, iedereen die voor het eerst in Chicago of New York komt, kijkt alleen maar omhoog en is onder de indruk van de hoogte van al die gebouwen, maar na enige tijd merk je dat het vooral gaat om de context, de menselijke schaal, het straatniveau.’

Dat was volgens Kollhoff ook de reden dat het ontwerp van zijn bureau uiteindelijk de voorkeur kreeg en is uitgevoerd. ‘We hebben ons best gedaan een uitgesproken megastructuur te vermijden. Door de beperkte afmetingen van het bouwkavel was het programma alleen maar mogelijk door hoog-bouw toe te passen, maar de torens van het complex dat we voor ogen hadden, moesten dan wel erg slank en elegant zijn. We concentreerden ons op verschillende zichtlijnen, telkens vanuit andere delen van de stad.’ Door ervoor te zorgen dat er, onder meer vanaf het Binnenhof, ruimte tussen de torens te zien is, was het mogelijk de torens ‘klein’ en slank te houden.
‘En,’ zegt Kollhoff ' daardoor was het ook mogelijk om vanaf alle kanten goed zicht op het complex te houden.’


IDENTITEIT
Het kantoorensemble aan de Turfmarkt, waarvan de twee torens al snel nadat het bouwproces op gang was gekomen de nu al weer verouderde naam ‘Jubi-torens’ kregen, heeft een door Peter Wirtz ontworpen voortuin. De twee vanuit de gemeenschappelijke basis oprijzende torens hebben elk een eigen identiteit. Ze zijn te zien als twee personen, elk met een eigen uiterlijk, terwijl ze toch bij elkaar horen en elkaar in een omarming vast lijken te houden. De een is opgetrokken uit rode baksteen, de andere uit witte natuursteen. Een voor- of achterkant hebben ze niet, een ruim opgezet atrium verbindt beide op straatniveau. Door goed gebruik te maken van hoekverdraaiingen, scherpe en stompe hoeken, incisies en ‘setbacks’, subtiele inspringingen in de gevel, hebben beide kantoortorens een uitermate rank uiterlijk gekregen.

Vanzelfsprekend was het aanvankelijk allerminst dat de twee torens in uiterlijk iets van elkaar zouden verschillen. ‘Er is in het begin discussie geweest of ze verschillend zouden zijn’, zegt Hans Kollhoff.
‘Uiteindelijk is daarvoor toch gekozen om ervoor te zorgen dat ook als je torens half voor elkaar ziet staan, ze als twee onafhankelijke slanke torens worden gezien. We hebben de gemeenschappelijke functies in het gebouw in de voet van het complex ondergebracht. Die het atrium, het auditorium in de kelder, de restaurants, vergaderkamers, de ministeriële vertrekken. Vanaf de basis ontwikkelen de torens zich dan verder omhoog met daarin de kantoorfuncties.’ Flexibiliteit achter de gevel stond in de ontwikkeling van de kantoorvolumes centraal.


BEKRONING
Voor Hans Kollhoff is de gevel een van de belangrijkste, zo niet het belangrijkste aspect van een gebouw. ‘Dat is waar wij als architecten voor zijn. Vanuit de verte gezien draait alles om het silhouet van een gebouw. Ook daarin is Chicago een voorbeeld. Je kunt daar zien hoe in de gebouwen de verticaliteit wordt gevierd. Cesar Pelli (architect van de Zürichtoren in den Haag red.) heeft ooit gezegd dat verticaliteit meer te maken heeft met de lucht dan met de grond. En dat ben ik met hem eens. Daarom eindigen beide gebouwen in een bekroning met pinakels, die hoog in de lucht reiken.’ Door deze subtiele beëindiging op ruim 140 meter hoogte wordt het bouwwerk één met het luchtruim, waarin het langzaam vervaagt. Voor Kollhoff is deze vorm van bekroning de meest logische voor een hoog gebouw. ‘Dat is het principe. Ik heb het niet uitgevonden en het is natuurlijk wel eens anders gedaan, zoals in de gebouwen van Mies van der Rohe (Duits-Amerikaans architect 1886-1969, red.) in Chicago en New York. Moderne oplossingen zoals hoogbouw met groene gevels en groene terrassen doen in mijn ogen al heel snel gedateerd aan.
Sommigen zeggen dat ik niet modern ben. So what? Ik houd vast aan mijn opvatting dat mijn gebouwen in hun omgeving moeten passen en hun context moeten respecteren.’


PRAGMATISCH
Het bureau van Kollhoff nam ook het ontwerp van het interieur van het gebouw voor zijn rekening. ‘Dat was een interessant proces’, constateert de architect. ‘De groep mensen die zich daarmee bezig hield was heel divers. Het team dat over het interieur ging verschillende brainstormsessies gehad en in het begin waren er tal van uiteenlopende ideeën. Maar stap voor stap begonnen de uitgangspunten steeds meer gestalte te krijgen en werden de plannen steeds pragmatischer. Het was een heel goede samenwerking en het belangrijkste vind ik dat we op dit punt goed binnen het budget zijn gebleven.’

De Duitse architect Hans Kollhoff heeft veel ervaring met bouwen in Nederland. Zijn bureau, met hoofdkantoor in Berlijn, heeft hier een eigen filiaal, dat eerst was gevestigd in Rotterdam en sinds enige tijd in Den Haag. Hij ontwierp projecten in Amsterdam en Rotterdam. ‘En we kregen de kans om te bouwen in Maastricht, Amersfoort en Breda’, vult hij aan. ‘Nu zijn we weer bezig met een project in Amsterdam.’ Hij kijkt met grote tevredenheid terug op het ontstaan van het complex in Den Haag:
‘Ik ben erg blij met dit resultaat en ik ben benieuwd hoe het gebouw zich verder ontwikkelt. Het is en blijft fascinerend om in Nederland te bouwen. Het is verbazingwekkend hoe goed zulke grote projecten als dit in Nederland zijn georganiseerd. Dat is heel anders werken dan in Duitsland. In Amsterdam, bij het ontwerp voor het KNSM-Eiland had ik te maken met een speciaal bouwteam. Dat werd toen het poldermodel genoemd en ik vind nog steeds dat dat heel functioneel en authentiek werkt. Dat is in elk geval heel anders dan werken met de zoveelste gekke ontwikkelaar.’


Langste bank van Nederland
Of dit echt de langste bank van Nederland is, weten we niet, maar de paarse, golvende bank van 70 meter langs de lichtgele wand in het bedrijfsrestaurant is een echte blikvanger. En lang is ie zeker. Het is niet alleen een lunch- of loungebank waar het heerlijk zitten is, het is ook een werkbank met de bijbehorende aansluitingen voor laptops en andere mobiele apparaten. Het ontwerp van de bank is van Kollhoff.


top pagina mede mogelijk gemaakt door: index

COLOFON bij deze webpagina
Dit artikel stond in de SMAAK SPECIAL in oktober 2013.
De tekst is van Ben Maandag. De foto's zijn van Cary Markerink, Arenda Oomen (portret), Eran Oppenheimer en Susanne Wegner.
De publicatie op 'facilitaire informatie online' is mogelijk gemaakt met toestemming van Marianne Schijf, hoofdredacteur van SMAAK.
Vertaling van .pdf naar .html is van leo@hooijmans-noordwijk.nl


gebouwen met smaak!
zie ook de overige delen, die beschreven zijn in SMAAK. een magazine van de rijksgebouwendienst.
SMAAK staat voor Stedebouw, Monumentenzorg, Architectuurbeleid, Architectuur en Kunst.
DezeTekstIsVanLeoHooijmansGalileoNoordwijkFacilitaireInformatieOnline
Dit document niet uitprinten, aub. Denk aan het milieu en uw onkosten.
Wilt u het nog een keer lezen maak een bladwijzer (favoriet).
Wilt u het artikel door een ander laten lezen, stuur een link door.

uit smaak special oktober 2013, tijdschrift van de rijkshuisvesting
mede mogelijk gemaakt door wigli, het zitten opnieuw uitgevonden

smaak
blad voor de rijkshuisvesting, mooi om digitaal te lezen



wigli - zitten opnieuw uitgevonden

voor ipresentatie klik op plaatje.....

wigli - zitten opnieuw uitgevonden

voor rechtstreekse webinformatie klik op logo.....

(1102/1712-01)


facilitaire-informatie-online.nl ©
ingevoerd op 09 december 2013

het laatst gewijzigd op 9-03-2018
voorwaarden voor gebruik/bezoek van deze website: klik hier....
(de kleine lettertjes, maar dan iets groter)