|
personeel,
scholing & motivatie |
|
|
personeel,
scholing & motivatie |
|
Iedereen doet mee bij Asito!
|
deze informatie wordt u aangeboden door leo hooijmans redacteur+mva |
mede mogelijk gemaakt door dé facilitaire vakbeurs online
|
|
Adviesgroep Diversiteit (foto Asito) |
Witboek 2.0 over 'inclusief ondernemen' |
Index |
|
|
|
Voorwoord redactie |
|
Voorwoord Hans van Leeuwen, HR directeur Asito |
|
Uitdagingen |
|
Leonore Nieuwmeijer over cliëntparticipatie en GGZ |
|
Aangebeld bij de juiste persoon |
|
Iedereen verdient een eerlijke kans |
|
Begrip en veiligheid |
|
Ons talent - bijzondere banen |
|
Iedereen hoort erbij! |
|
Ons station |
|
Je doet het samen - een bijzondere samenwerking |
|
Bijzonder maatwerk |
|
De lat hoog leggen |
|
Een bijzondere inburgering |
|
Iedereen is welkom en mag er zijn |
|
Verveling en het loopbaanstation |
|
Ondernemen kan overal |
|
Bijzondere Binnenkant - Jobcoach |
|
Adviesgroep Diversiteit en het kampvuurgesprek |
|
Zelfvertrouwen doet wonderen - Een bijzondere match |
|
Afsluiting door Charles Vink, algemeen directeur Asito |
|
Colofon bij origineel boekje en deze webpagina |
|
Waar kijken bezoekers nog meer naar: |
|
Wij (de mij.) worden overspoeld met informatie, reclame, marketing producten, enzovoort. Alles om omzet te vergroten, te produceren, te consumeren, geld te graaien, aan te komen en af te vallen.
Soms kom je door dieper te duiken tussen de mosselen, een pareltje tegen.
Ditmaal een boekje van Asito. Bij Asito werken dagelijks 10.000 kleurrijke schoonmaakkrachten verspreid over 50 lokale vestigingen.
Het boekje viel mij op door de sociale insteek om met het personeel om te gaan.
Schoonmaakbedrijven hebben het imago om asociaal hard met het personeel om te gaan, maar dit boekje schetst absoluut het tegenovergestelde.
Het witboek 2.0 is op papier 1500x afgedrukt. Dat is een beperkte oplage.
Deze pagina op ons kennisplatform is een kans om aan alle vrienden en familieleden van de 10.000 werknemers een goed gevoel over Asito te geven.
Met deze webpagina
wens ik dat Asito andere bedrijven kan inspireren.
Noordwijk, maart 2020
Leo Hooijmans | redacteur mva facilitaire informatie online.
|
Voorwoord Hans van Leeuwen,
HR directeur Asito |
|
“Mogelijkheden om droombaan te bemachtigen”
Voor u ligt alweer het tweede witboek ‘Iedereen doet mee’ van Asito. In 2017 hebben we ons eerste witboek tot stand gebracht om anderen te inspireren en om te laten zien dat als je echt met inclusiviteit aan de slag gaat, dit veel betekent voor de mensen in je organisatie. Het gaat daarbij niet om de grote aantallen, maar juist om ieder individu; die door middel van een stukje extra aandacht en ondersteuning weer volop mee kan doen in onze samenleving. Van ons eerste witboek hebben we er duizend laten drukken. We konden niet inschatten wat de belangstelling zou zijn. Inmiddels zijn deze exemplaren collector items geworden, omdat ze al snel werden uitgegeven; aan opdrachtgevers, eigen medewerkers en allerlei actoren in het maatschappelijk veld van inclusie. Vooral de verhalen van de werkvloer, hoe mensen in de werk praktijk van alle dag invulling geven aan het omgaan met diversiteit en inclusiviteit, genereerde veel belangstelling. Veel van onze medewerkers vroegen of wij ook hun verhaal wilden vertellen. En zo kwam er dus een tweede witboek.
We krijgen nog steeds veel vragen over waarom Asito zich zo intensief met inclusiviteit bezighoudt. Asito is een van de grootste schoonmaakbedrijven van Nederland en is actief op het gebied van facilitaire dienstverlening voor kantoren, zorginstellingen, scholen, transport en recreatie. Voor ons schoonmaakbedrijf staat het verbinden van medewerkers en klanten voorop om zo samen tot resultaten te komen. De kracht zit in onze mensen. Dagelijks werken 10.000 kleurrijke schoonmaakkrachten verspreid over vele vestigingen en duizenden klantlocaties succesvol aan een schone werk- en leefomgeving voor onze opdrachtgevers. Duurzaamheid zit sinds de oprichting verankerd in Asito. Dit heeft zich in de afgelopen jaren ontwikkeld tot Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) op een hoog niveau, waarbij duurzaamheid voor mens en milieu centraal staat. Asito onderscheidt zich voornamelijk op de “menskant” van MVO: inclusiviteit.
Verder is de visie van Asito: ‘Asito verbindt’. We zoeken nadrukkelijk de verbinding met onze medewerkers, onze opdrachtgevers en de maatschappij. Om de verbinding met de maatschappij inhoud te geven volgen we vooral het spoor van het thema inclusiviteit. Dit doen we omdat we de overtuiging hebben dat we op dit thema een belangrijke maatschappelijke bijdrage kunnen leveren. We doen dit niet alleen door zelf als bedrijf inclusief te ondernemen, maar ook door middel van allerlei activiteiten om anderen te stimuleren met dit thema aan de slag te gaan en zodoende de arbeidsmarkt en de samenleving inclusiever te maken. Deze activiteiten bestaan uit het leveren van bijdragen aan symposia, het delen van kennis, het meepraten op politiek en beleidsniveau, het ontwerpen van projecten, het stimuleren van samenwerken in ketens en natuurlijk het uitdragen van het belang van inclusiviteit onder andere door middel van dit tweede witboek.
Als je zo intensief met zoveel mensen aan een thema werkt als Asito met inclusiviteit, dan gebeurt er ontzettend veel in een jaar na het uitbrengen van het eerste witboek. Dit boek staat daar vol mee. Eén van de activiteiten waar in dit kader sprake van is, zijn de bijeenkomsten van de interne Raad van Advies inzake diversiteit. De Raad, samengesteld uit alle geledingen van de Asito organisatie, praat op regelmatige basis over de wijze waarop ons bedrijf zich nóg verder kan ontwikkelen op het gebied van inclusiviteit. Een van de interessante thema’s die hierin aan de orde komen is de vraag op welke wijze diversiteit kan bijdragen aan beleidsvorming, het inrichten van bedrijfsvoering en het benaderen van onze opdrachtgevers. In dit witboek staat een artikel over een experiment dat we op dit gebied hebben gedaan; het kampvuurgesprek. Het is een voorbeeld van de wijze waarop Asito zich wil blijven ontwikkelen en innoveren op de thema’s diversiteit en inclusiviteit.
U leest in het boek meer over prachtige projecten, zoals het werken met praktijkschooljongeren, initiatieven op het gebied van cliëntparticipatie, het werken met statushouders, enzovoort. Verder heeft Asito het initiatief genomen om de Coöperatie Loopbaanstation op te richten. In dit witboek leest u meer over het hoe en waarom; maar de essentie is dat we inclusiviteit op een praktische manier toegankelijk willen maken voor bedrijven (groot en klein) en de werknemers van die (aangesloten) bedrijven mogelijkheden bieden om zich verder te ontwikkelen, zodat ze uiteindelijk hun droombaan kunnen bemachtigen. Allemaal initiatieven waar we als Asitofamilie erg trots op zijn en die onze maatschappij weer een klein beetje meer inclusief maken.
Veel leesplezier en inspiratie toegewenst.
Heeft u na het lezen van dit witboek de behoefte om met ons in gesprek te gaan over het onderwerp inclusief ondernemen, dan horen wij dit graag. We willen samen met u de uitdaging aangaan om van Nederland een echt inclusieve maatschappij te maken. |
|
Omslag Witboek 2.0 (foto Asito) |
Krapte op de arbeidsmarkt en werk moet lonen voor iedereen.
In een steeds krapper wordende arbeidsmarkt zijn veel organisaties op zoek naar medewerkers. Maar wat als werken voor een grote groep niet loont?
De mensen die parttime mee kunnen doen en daardoor nooit boven het uitkeringsniveau uitkomen, blijven aan de kant zitten. Je moet wel een hele sterke motivatie hebben – en vooral ook houden – om aan het werk te blijven als je aan het einde van de maand niets extra overhoudt. Het parttime beschikbare arbeidspotentieel hebben we hard nodig op een steeds krapper wordende arbeidsmarkt. Maar ook de nevenefecten voor de mens zijn groot. Waardering, zelfrespect, eigenwaarde, een baan hebben, een bijdrage leveren en vooral ook minder tijd thuis zitten om aan zorgen te denken. Benutten van je kwaliteiten en mogelijkheden.Werken moet lonen voor iedereen. Niet alleen voor de groep die na de afschaffing van de loonkostensubsidie met loondispensatie een aanvulling krijgt maar ook voor de grote groep die juist parttime kan of wil bijdragen. Het probleem van de armoedeval gaan we binnen twee jaar niet oplossen, maar een korte termijnoplossing waardoor werken loont voor iedereen, is noodzakelijk om de vacatures in de zorg, schoonmaak, bouw en vele andere beroepen in te vullen. |
Quotumwet
De uitvoering van de quotumwet voor de overheid is met een jaar uitgesteld, maar de dreiging is onverminderd groot. Het uitstel geeft overheden meer tijd om na te denken over inbesteden en uitzenden of detacheren van de doelgroep banenafspraak om de boete te ontlopen. In veel gevallen niet de beste oplossing voor de medewerker uit de doelgroep, maar uitsluitend gericht op het omzeilen of invullen van de quotumwet. We dreigen vinkjes te gaan verzetten in plaats van nieuwe werkplekken te creëren.
In gesprek met overheden kunnen we het mogelijk maken om mensen uit de doelgroep in te zetten, om gezamenlijk te kijken naar de beste oplossing en zoveel mogelijk mensen uit de doelgroep mee te laten doen in reguliere teams. Een samenwerking die draait om het gezamenlijk zoveel mogelijk opnemen van mensen met een arbeidsbeperking. Een vorm van quotumoverdracht of een gezamenlijke doelstelling banenafspraak moet dan ook in 2018 écht zijn beslag krijgen om te zorgen dat we de focus afhalen van de boete, het weer laten draaien om de mens en werkgevers de benodigde fexibiliteit geven in het vinden van oplossingen in de keten. |
In de Wet tegemoetkomingen loondomein is opgenomen dat een medewerker binnen drie maanden na indiensttreding een doelgroepverklaring aangevraagd moet hebben bij het UWV of de gemeente om het bedrijf in aanmerking te laten komen voor loonkostenvoordeel (voorheen premiekorting). Met een wettelijke proeftijd van twee maanden waarbinnen werkgevers niet mogen informeren bij medewerkers blijven van die drie maanden nog vier weken over. In die weken moet de medewerker worden benaderd, moeten er allerlei formulieren worden ingevuld én de aanvraag moet ingediend worden. Maar wie zitten er in de doelgroep arbeidsbeperkten? Wij zien veel mensen met een laag IQ, of mensen die de Nederlandse taal niet of nauwelijks beheersen, analfabeet zijn of mensen die geen goede ervaringen hebben met het eerlijk zijn over beperkingen. Want het overzien van mogelijke gevolgen is en blijft lastig. Dus vier weken om als werkgever je medewerker te stimuleren de noodzakelijke papieren in te vullen, te tekenen en op te sturen. Komt deze aanvraag een dag te laat binnen, dan vervalt het recht op loonkostenvoordeel. Is een medewerker uit de doelgroep in staat zich te ontwikkelen en kan hij doorstromen naar een andere plek binnen het bedrijf of is er sprake van een overname zoals in de CAO geregeld? Ook dan moet je uitkijken. Als de medewerker voor een onderdeel met een ander loonheffingsnummer gaat werken vervalt het recht op loonkostenvoordeel. Niet echt stimulerend om mensen te ontwikkelen. Deze foute vorm van bureaucratie werkt demotiverend voor werkgevers en schiet zijn doel volledig voorbij. Ook hier moet in 2018 kritisch naar worden gekeken. kst |
Voor 2018 liggen er een aantal grote, complexe vraag- en doelstellingen voor ons. |
Privacy
De uitvoering en daarmee de handhaving van de Algemene Verordening Gegevensbescherming krijgt op 25 mei 2018 zijn beslag. Dit heeft niet alleen gevolgen voor hetgeen we vast kunnen en mogen leggen over de gezondheid van mensen. Ook is onduidelijk of we straks nog wel kunnen meten hoe inclusief organisaties zijn. Kunnen en mogen we straks nog wel vragen uit welke doelgroep mensen komen. Kunnen we inclusiviteitsbeleid nog wel toetsen. Vragen waarop honderd verschillende juristen honderd verschillende antwoorden geven. |
|
Leonore Nieuwmeijer is Specialist Inclusiviteit bij Asito. Leonore houdt zich zowel intern als extern bezig met inclusief ondernemen. Met haar kennis en expertise rondom dit thema motiveert ze partijen in de keten zich ook in te spannen voor inclusief ondernemen. |
Cliëntparticipatie en GGZ |
Steeds vaker hoor ik verhalen uit onze organisatie over samenwerking met opdrachtgevers waarbij cliënten vanuit de GGZ als onderdeel van hun behandeling aan de slag gaan bij Asito. Regelmatig volgt na enige tijd een arbeidsovereenkomst en een betaalde baan. Dit proces gaat niet zonder slag of stoot. |
De bestaande trajecten om mensen vanuit de GGZ te plaatsen, werken omgekeerd. Een bedrijf heeft een vacature en zet deze uit. Er wordt een kandidaat bij gezocht en het juiste instrumentarium en begeleiding wordt bepaald. Dan gaat iemand aan het werk.
Andersom
Wij werken andersom. Vanuit de samenwerking tussen Asito en opdrachtgever wordt gezocht naar mogelijkheden voor specifeke cliënten als onderdeel van hun behandeling. UWV of gemeente wordt benaderd om te kijken in welke vorm via participatie naar werk kan worden gegaan. Deze aanpak is op kleine schaal al succesvol gebleken en willen we graag uitbouwen.
De omgekeerde wereld voor uitvoeringsinstellingen. Maar met onze praktijkvoorbeelden en ervaringen zijn we toch in gesprek met UWV en het ministerie SZW om te bepalen of we als pilot kunnen kijken wat het efect is van onze aanpak. Door deze partijen te betrekken hopen we een lans te breken voor de omgekeerde aanpak. We dienen tenslotte hetzelfde doel. |
Integratie en participatie van statushouders |
|
Het effect van de integratie van de vorige generatie statushouders is in veel gevallen niet succesvol gebleken. Veel statushouders zitten aan de kant en vinden het moeilijk een plek in onze samenleving te verwerven.
De getallen uit diverse onderzoeken stemmen me ook niet hoopvol dat dit snel gaat veranderen. Als organisatie met meer dan honderd nationaliteiten, de bedenker van het Nationaal Integratiediner en zo’n groot absorptievermogen moet hierin toch iets kunnen doen?
Een mooie koppeling was snel gemaakt met onze oudere medewerkers. Voor ouderen zijn fysieke beroepen maar moeilijk vol te houden tot het pensioen. De wil is er zeker maar hoe houden we het ook fysiek beheersbaar? En hoe kunnen we de talenten van onze oudere medewerkers anders inzetten?
En de statushouder? Die komt vol dromen naar Nederland. Leven in veiligheid, maar vooral ook mee willen doen, een steentje willen bijdragen. Na de tijd in AZC’s, de zoektocht naar een huis, start de inburgering. Maar ook de frustratie. Zolang er geen Nederlands wordt gesproken is werk vinden bijna onmogelijk. Bijna iedere werkgever vraagt een minimale beheersing van de Nederlandse taal. Maar taal leren is en blijft moeilijk als je niet de kans krijgt deze te praktiseren, je niet loskomt uit de bestaande sociale omgeving en de eerste stappen zet als mens in de samenleving.
En daar zien wij een mooie kans. Als we nu eens met oudere medewerkers een buddysysteem kunnen maken waarin we de oudere en de statushouder gedurende de inburgering kunnen laten participeren. Het terugbrengen van de oude duale trajecten, een stage waarin gezamenlijk een taak wordt uitgevoerd. Door een buddysysteem ontstaat tijd voor communicatie, taal en uitbreiden van sociaal netwerk. Met de wens van het kabinet de wet inburgering aan te passen zien wij hier een mooie kans.
Ambitie
Een mooie ambitie voor 2018. Een uitdagende ambitie voor 2018. Op zoek naar partners om mee te verbinden. Werkgevers, brancheorganisaties, belangenverenigingen en individuen met een hart. Om net zo veel energie te verzamelen op bovenstaande onderwerpen als dat er na vier jaar op de doelgroep banenafspraak zit. Bij het Witboek 2.0 hoort een ambitie 2.0. |
AANGEBELD BIJ DE JUISTE PERSOON |
|
Maya van Limbeek en Cafer Kilic
“Er werd bij me aangebeld,” vertelt Maya, “daar stond Cafer met zijn vrouw. Ze hadden het Asito-autootje voor mijn deur zien staan en dachten, we proberen het gewoon.” |
Ik ben in de positie om Cafer een kans te bieden en heb deze voor hem gegrepen.
Stel je voor. Je bent gezond. Je hebt je eigen bedrijf. Alles loopt goed. En dan beland je in een nachtmerrie. Door een ongeluk balanceer je op het randje van de dood. Je overleeft het ternauwernood, maar je bent een compleet ander mens geworden. Het enige wat je kunt is hopen dat de mensen om je heen zo veel van je houden dat ze de nieuwe jij blijven steunen. Want alleen red je het niet meer. Het klinkt als een slechte flm, maar deze is gebaseerd op een waargebeurd verhaal. Gelukkig met een happy end. Cafer Kilic kan het zich zelf niet meer herinneren bij Maya te hebben aangebeld. Cafer heeft een niet-aangeboren hersenafwijking. Ruim tien jaar geleden was hij betrokken bij een auto-ongeluk. “Ik heb drie maanden in coma gelegen. Ze wilden eigenlijk de stekkers eruit trekken, maar de huisarts zei: Nee, geef hem nog één week. Vijf dagen later werd ik wakker.” De gebeurtenissen na het ongeluk slaat zijn kortetermijngeheugen niet goed op. Daarom herinnert Cafer zich niets van het gesprek bij Maya thuis.
Cafers hersenen zijn door het ongeluk blijvend aangetast. Hij heeft opnieuw moeten leren praten, lezen en schrijven. Door het ongeluk raakte Cafer zijn eigen bedrijf kwijt. Omdat hij slecht verzekerd was, krijgt Cafer geen uitkering. Zijn vrouw verdient net boven het minimum dus ook op bijstand heeft hij geen recht. Tien jaar lang is hij werkloos geweest. Cafer: “Thuis moeten blijven was voor mij de grootste straf. Ik wilde heel graag weer werken. Ik kan niet niets doen. Maar iedereen zei nee. Ik heb na het ongeluk moeite met het onthouden van dingen. Ik kan me vrij weinig herinneren van wat er na het ongeluk gebeurd is.” De wanhoop nabij belden Cafer en zijn vrouw uiteindelijk aan bij Maya van Limbeek. Maya is objectleider bij Asito en woont toevallig in dezelfde straat als Cafer: “Ze zagen het autootje met Asito erop voor mijn huis staan en dachten, misschien kan Asito iets voor ons betekenen. Aan de keukentafel heeft Cafer samen met zijn vrouw hun hele verhaal verteld. Ik was geraakt door hun verhaal, omdat ik tegenover iemand zat die ontzettend gemotiveerd was, maar steeds opnieuw voor een dichte deur kwam. Ik dacht, ik ben in de positie om hem een kans te bieden en heb deze voor hem gegrepen. Voor Cafer, voor zijn vrouw én voor zijn beide dochters.”Het gevolg: Cafer werkt nu vijftien uur per week bij Saturen PetCare.
Maya: “Al zijn taken zijn afgebakend. Hij doet wat op zijn lijstje staat voor die dag en niet meer en niet minder. Cafer zijn kortetermijngeheugen is aangetast. Daardoor moeten we blijven herhalen en herhalen. Zijn voorman en directe collega’s moeten hier mee om kunnen gaan en hier geduld mee hebben.”
Cafer voegt toe: “Soms denk ik: Waarom vergeet ik dat elke keer? Het is niet makkelijk.”
“Ik heb vaste taken, ik maak de toiletten en de kantine schoon.”
Cafer probeert zo min mogelijk aan zijn leven voor het ongeluk te denken. “Vroeger is niet meer. Ik moet in het nu leven. Andere mensen in mijn conditie kunnen niets doen. Ik ben bezig en dat is geweldig. Terugkijken heeft geen zin, alleen vooruitkijken.”
|
Inclusiviteit: IEDEREEN VERDIENT EEN EERLIJKE KANS |
|
Liesbeth Hiemstra wil het liefst niet meer afhankelijk zijn van de bijstandsuitkering. “Ik ben blij dat de Voedselbank er is. Ik wil er niet lopen. Maar ik heb geen keus.” |
Liesbeth Hiemstra zit al ongeveer zes jaar in de bijstand. Sinds een jaar is ze werkzaam voor Asito op oproepbasis. “Ik kwam bij Asito terecht via een reïntegratietraject van de gemeente. Ik maak kantoren en toiletten schoon, sorteer afval en stofzuig soms. Soms werk ik ’s avonds en soms ’s morgens. Wanneer het maar kan!”
Omdat Liesbeth nog niet genoeg uren maakt om uit de bijstand te komen wordt haar salaris aangevuld tot het bijstandsniveau. “Ik werk onregelmatig. Daarom moet ik aan het eind van de maand aan de gemeente doorgeven hoeveel uren ik gewerkt heb. Dan kijken zij hoeveel geld ik nog krijg. Dit kan soms lang duren, soms wel vier weken. Als ik een maand weinig heb gewerkt, zit ik in de financiële problemen, omdat ik zo lang moet wachten. Ik kom in problemen met de huur, kan rekeningen niet betalen en moet betalingsovereenkomsten trefen. En soms heb ik geen geld voor eten.”
Liesbeth is inmiddels aangemeld bij de Voedselbank.
Liesbeth werkt zich dus letterlijk in de problemen. Toch is het voor haar geen optie om niet te werken. “Ik vind het fjn om te werken. Ik ben blij met mijn collega’s, de werkzaamheden zijn leuk en ik wil gewoon niet thuis zitten. Niemand wil geld van de gemeente ontvangen als je gewoon normaal kunt werken en gezond bent. Ik ook niet. Maar het is nu even niet anders.”
Liesbeth heeft het afgelopen jaar haar basisvakdiploma schoonmaak gehaald en zou nog wel iets met hospitality willen doen. Maar het liefst zou ze niet meer afhankelijk willen zijn van de uitkering.
“Het mooiste zou zijn als ik over een tijdje genoeg uren werk om uit de bijstand te komen.”
De gemeente waar Liesbeth onder valt heeft een regeling getrofen om werken lonend te maken. Aan het eind van het jaar krijgt ze een eenmalige toeslag met het percentage van het verdiende loon.
Niet elke gemeente treft maatregelingen om werken lonend te maken. Asito maakt zich hard om werken voor iedereen lonend te maken.
|
|
|
Bjorn Scholten wil graag in een veilige omgeving blijvengroeien en zijn functie vormgeven. Jarabee versterkt! |
Voor je het weet heb je een stempel. Bjorn Scholten had twee burn-outs, gevolgd door een zware depressie. Hij werd ontslagen en was vier jaar werkloos. Bjorn: “Wanneer ik een sollicitatiegesprek had, werd vaak gevraagd waarom ik ’s middags niet kon werken. Als ik dan vertelde dat ik in therapie zat, kwamen er allerlei excuses waarom ik de baan niet kreeg. Je krijgt al snel een stempel. Alsof ik gek ben.”
In 2016 kwam Bjorn in gesprek met een objectleider van Asito. Hij kon al snel aan de slag in de pantry bij Jarabee. Jarabee is een instelling gespecialiseerd in jeugdzorg. Inmiddels werkt Bjorn bij Jarabee als schoonmaakkracht.
“Ik ben de ene dag topfit en de andere dag niet vooruit te branden. Ik kan erg heftig reageren op niets, moet weer leren emoties te plaatsen en soms klapt het er ineens in. Bij de aanslagen in Parijs bijvoorbeeld, toen kreeg ik allerlei emoties die ik niet kon plaatsen. Het is prettig om mensen om mij heen te hebben die begrip voor mij hebben. Daar waar ik werk begrijpen ze mij. Niet alleen mijn collega’s en leidinggevende snappen mijn situatie, ook de pandgebruikers. Ze zien het wanneer ik ergens mee zit. Als ik niet bij Jarabee had gelopen, dan was ik denk ik niet zo snel hersteld."
Voor mensen met een psychische aandoening is het belangrijk dat betrokkenen begrip hebben voor de situatie, de persoon genoeg begeleiding krijgt en er duidelijkheid en structuur is. Voor Bjorn is het moeilijk om met leidinggevenden te werken die niet begrijpen hoe ze met zijn depressie om moeten gaan. Ook bij Asito heeft hij een aantal objectleiders gehad die niet zo goed met zijn situatie konden omgaan.
Bjorn: “Ik merk het aan mijn lichaam wanneer ik te veel doe, dan ga ik bijvoorbeeld mank lopen, krijg vlekjes in het gezicht of kan met één oog niets meer zien. Dit is een signaal van mijn lichaam dat ik rustig aan moet doen, omdat mijn geest het niet kan verwerken. Het is soms moeilijk om naar deze signalen te luisteren. Ik wil Asito niet bellen met de mededeling dat ik niet kan werken, omdat ik al twee dagen mank loop of iets. Het is een beetje beschamend en frustrerend. Zo van, kan ik niet gewoon normaal mijn ding doen?!”
Bjorn heeft duidelijkheid nodig en kan niet zomaar alles doen: “Ik heb objectleiders gehad die mij vroegen extra werk te doen, terwijl ik al mank liep. Ik kan dat gewoon niet zomaar en dat is niet voor iedereen goed te begrijpen. Er zijn zoveel verschillende soorten depressies. Men denkt al gauw dat je je er gewoon over heen moet zetten, niet wilt of met de gordijnen dicht thuis zit.” Momenteel heeft Bjorn een objectleider die snapt wat hij nodig heeft. “Jos is duidelijk, recht voor z’n raap, weet wat ik wel en niet kan en heeft begrip voor mijn situatie. Daarnaast is hij er voor me wanneer ik iemand nodig heb om op terug te vallen.”
Werken betekent voor Bjorn pure bezigheid en stabiliteit. “Normaal was ik ook mijn bed wel uit gekomen, maar dan kom ik niet van de bank af. Nu ga ik op pad, heb ik contact met mensen en ben ik bezig. Ik heb ritme en structuur. Dat geeft voldoening. Ik wil meer, ik weet dat ik meer kan. Ik weet ook dat ik nooit meer terug kan naar mijn oude leven. Ik zal altijd gevoelig zijn voor donkere dagen. Dat was in het begin moeilijk te accepteren, maar nu snap ik dat. Soms voelt het alsof een elastiek aan mijn lichaam gebonden is die mij tegenhoudt. Stapje voor stapje kom ik verder.”
Asito en Jarabee zijn aan het kijken hoe ze de functie van Bjorn vorm kunnen blijven geven, zodat hij binnen een veilige omgeving kan groeien. Bjorn zelf zou wel mensen, die in een soortgelijke situatie zitten, willen begeleiden.
|
|
Monique Jacobs-Rozie en Linda Roelofs-van der Kleij werken allebei bij het Radboud UMC voor Asito met een SW indicatie. Ze hebben allebei gekaderde taken waar ze zelf ook een zegje over kunnen doen. |
ONS TALENT - Bijzondere banen |
Man Chun Ng, objectleider Asito:
“We kijken naar talenten en wat wél mogelijk is.”
|
|
“Het scheelt onze schoonmaakkrachten dat ze kunnen focussen op een aantal kerntaken en calamiteiten en zo kunnen we mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt een kans geven. Door een aantal taken te combineren kunnen we banen creëren op verschillende niveaus. Zo zijn er ook een aantal SW’ers die een hele toiletgroep of een groep kantoren onder hun hoede hebben.”
Er werken een aantal mensen met een SW-indicatie voor Asito op het Radboud UMC. Voordat ze daar begonnen zijn er een aantal functies gecreëerd, bestaande uit taken zoals toiletpapier en zeep bijvullen of handdoekjes vouwen. Normaal zijn dit taken die reguliere schoonmaakkrachten uitvoeren.
Eén van de voordelen om op deze manier een baan te creëren is klanttevredenheid.
Man Chun: “Naast dat wij voldoen aan de vraag van de klant, gaat ook de tevredenheid omhoog. Dit heeft te maken met de zichtbaarheid van onze schoonmaakkrachten. Stel, je zet iemand met een loonwaarde van vijftig procent in op een toiletgroep. Deze medewerker krijgt dan twee keer zoveel tijd om het sanitair schoon te maken dan een reguliere medewerker. Dit betekent dat er langer iemand in de toiletgroep aan het schoonmaken is. Wanneer iemand een schoonmaakkracht ziet, gaat de schoonmaakbeleving omhoog. En de kans dat je iemand op deze toiletgroep ziet is dus groter.”
Op het moment dat er ruimte ontstaat in het team worden de beschikbare taken uitgezet bij Werkbedrijf Rijk van Nijmegen. Hierop kunnen medewerkers reageren en komen dan op kennismakingsgesprek. Linda en Monique zijn beiden op deze manier in contact gekomen met Asito.
Linda werkt al 2,5 jaar bij Asito: “Ik ben erg druk in mijn hoofd. Daarom heb ik een arbeidsbeperking. Ik heb veel structuur nodig. Toen ik deze baan bij Asito zag dacht ik, ja dat past bij mij. Een duidelijke set aan taken en niet te veel afeiding in een leuke omgeving. Ik maak een aantal kantoren schoon, daar zijn altijd dezelfde mensen en niemand die aan mijn hoofd zeurt. Dat kan ik niet hebben. Asito weet dit ook. Wanneer mij gevraagd wordt om wat extra te doen zeg ik wel ja, zolang er daarna maar niet over doorgezeurd wordt. Of wanneer ik al thuis ben. Terugkomen kan niet. Ik ben tien jaar voorvrouw geweest. Dit wil ik niet meer. Ik heb nu veel meer rust en ik weet precies wat ik moet doen. Heerlijk. Ik had het niet beter kunnen hebben.”
Nadien vertelt Linda dat als ze iemand met een SW-indicatie of uit de doelgroep moet begeleiden, ze dat wel wil.
Monique werkt in de researchtoren. Daar zijn onder andere wat laboratoria, kantoren en een collegezaal. Monique is hart- en suikerpatiënt.
Monique: “Ik heb bij het sollicitatiegesprek aangegeven wat ik wel en niet kan. Het is fjn dat ze hier weten wie ik ben en wat ik kan en daar reke-ning mee houden. Mijn collega’s weten ook allemaal dat ik een arbeidsbeperking heb. Ik werk altijd ’s ochtends, want dan ben ik op mijn best. Zwaar tillen is voor mij niet mogelijk.”
Man Chun: “We kijken naar talenten en wat wél mogelijk is. Als Monique of Linda iets zien wat hen leuk lijkt dan kunnen ze dat bij ons aangeven en kijken we naar de mogelijkheden.”
Linda zit volledig op haar plek en vindt het goed zo. Monique zou wel wat meer met mensen willen doen.
Monique: “Ik vind het fijn om met mensen te werken. Laatst heb ik een collega ondersteund met de bestellingen. Dus dat doe ik er nu soms bij.”
Niet gek. Beide dames zeggen, wanneer hun gevraagd wordt waar ze werken, dat ze bij een SW-bedrijf werken.
Linda: “Mensen denken dat SW’ers gek zijn. Ik ben niet gek. Wanneer mensen mij kennen en erachter komen dat ik een SW-indicatie heb, reageren ze vaak gek. Alsof er iets mis is met me. Ik wil ze leren dat ook normale mensen een arbeidsbeperking kunnen hebben.”
Monique voegt toe: “Ja, ik heb een hartafwijking. Dus? Mensen gaan ervan uit dat je dom bent of niets kan. Maar dat is niet zo. Zonder begeleiding is het voor mij gewoon erg moeilijk om aan een baan te komen. Ik kan nou eenmaal niet alles.”
|
Inclusiviteit: IEDEREEN HOORT ERBIJ! |
|
Sandra van Veen heeft twee trainingen gevolgd voor haar rol als interne jobcoach |
Begeleiding voor medewerkers
Werken met mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt is niet altijd even makkelijk. Er zijn heel veel verschillende soorten doelgroepen en mensen, met allen een andere gebruiksaanwijzing. Om leidinggevenden binnen Asito hand-vaten te bieden kunnen zij een cursus of training volgen of gebruik maken van intervisie.
|
Asito vindt goede begeleiding van mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt belangrijk. Het is fjn als er iemand op de werkvloer aanwezig is die weet wat er speelt en die tijd heeft om de medewerker te begeleiden: een interne jobcoach. Goede begeleiding resulteert onder andere in minder ziekteverzuim, meer plezier op de werkvloer, een grotere betrokkenheid en eventueel problemen tijdig kunnen tackelen.
Op dit moment is de Harrie Helpt cursus de enige training die erkend wordt om interne jobcoaches te trainen. Dat houdt in dat op basis van deelname en de noodzaak van begeleiding op de werkvloer, subsidies kunnen worden aangevraagd om mensen te begeleiden als interne jobcoach. Hiermee kun je als organisatie efectief tijd “kopen”. Asito kijkt ook naar andere trainingen zoals JobBuddies. Om nog betere begeleiding op de werkvloer te kunnen bieden in de hoop dat gemeenten en UWV dit ook erkennen.
Sandra van Veen is objectleider bij Asito en heeft beide trainingen gevolgd. Sandra: “Wat ik het meest uit de JobBuddies-training hebt gehaald is leren dat je er mag zijn. Dat iedereen er mag zijn. Je krijgt praktische handvaten om vanuit je kracht bezig te gaan met mensen begeleiden. Denken in kwaliteiten. Zowel voor jezelf als voor de medewerker. Door casussen en speelse oefeningen gingen we hier mee aan de slag. Bijvoorbeeld een oefening over communicatie, om open en positieve vragen te stellen. We kregen hierdoor eigenlijk een spiegel voorgehouden en beseften wat voor invloed ons eigen gedrag op anderen kan hebben. In de praktijk resulteert dit in wederzijds begrip. Je denkt na over hoe je iets vertelt, hebt meer geduld met mensen en leert indirect beter om te gaan met tijd.”
De Harrie Helpt training helpt Sandra bij praktische zaken: “We kregen, naast wat praktische informatie, veel informatie over de theorie. Over bijvoorbeeld subsidies aanvragen, werving en selectie en het invullen van formulieren om een interne jobcoach aan te vragen. Ook leer je dat er voor eigenlijk iedereen wel een plekje op de arbeidsmarkt is, als je maar kijkt naar de juiste plek met de juiste begeleider.”
Volgens Sandra is de training Harrie Helpt zeer geschikt voor mensen die in aanraking komen met wet- en regelgeving, bijvoorbeeld objectleiders bij Asito of ondernemers die mensen in dienst hebben met een afstand tot de arbeidsmarkt. De training JobBuddies is geschikt voor iedereen die graag praktische handvaten wil om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te begeleiden op de werkvloer, de echte interne jobcoaches. |
|
ONS STATION van Paul Klaver en Reinier Steenhagen Röthengatter |
Een bijzonder duo. Paul en Reinier. Ze houden al vijf jaar samen Station Almelo schoon. Reinier: “Het is ons station. En zo behandelen we het ook!”
Reinier Steenhagen Röthengatter en Paul Klaver worden allebei gedetacheerd vanuit de maatschappelijke onderneming SOWECO. Ze hebben beiden een SW-indicatie. Ze behandelen het station als iets dat van hen is, wat resulteert in een ontzettend schoon station. De schoonmaakkwaliteit van Station Almelo ligt al jaren tussen de 9 en de 10. Op dit station hoeven de periodieke werkzaamheden nauwelijks te worden uitgevoerd. De heren houden alles goed bij.
Alex Alkemade, vestigingsmanager Asito: “We hebben samen met SOWECO de beslissing genomen om de twee heren bij elkaar te houden. Daarom zijn we iets overbezet. Dit betekent dat ze meer tijd krijgen voor de werkzaamheden.”
Geert Alberts, Manager Groen SOWECO: “De heren pakken alles aan. Wat ze vandaag tegenkomen, maken ze vandaag ook schoon. We zijn enorm trots op ze. Ze doen er alles aan om de reizigers op hun gemak te stellen.”
Aanpakken die handel
Paul en Reinier zijn het meest bezig met bijhouden, volgens de heren ben je dan het meeste werk voor. Paul: “We beginnen de dag met de prullenbakken legen en vegen. Daarna gaan we door naar de rest van de werkzaamheden.” Trots laten ze het schone station zien. Alles ziet er netjes uit, ook de werkkast en rond het station hebben Paul en Reinier alles onder controle: “Ik ergerde me een tijd geleden aan al het materiaal dat her en der in de werkkast stond. Toen waren een tijdje geleden klemmetjes in de aanbieding bij de Lidl. Die heb ik gekocht en hier aan de muur opgehangen. Nu hangt al het materiaal netjes aan de muur en kunnen we het er onder ook schoonhouden. Ook wanneer ik onkruid zie buiten of iets anders. Dan zorg ik gewoon dat het wordt aangepakt. Vraag ik een schofeltje aan en haal ik het weg.” Op Station Almelo is vrij weinig zwerfafval te vinden. Paul en Reinier zijn continu bezig met hun schone station. Ze praten hier ook over met de reizigers. Alex: “De jeugd weet inmiddels ook: Als ze hier iets op de grond gooien, hebben ze Paul en Reinier aan hun broek.” Paul: “Mensen wilden nog wel eens iets op de grond gooien. Maar wij zeggen er gewoon wat van. Als ik iemand iets op de grond zie gooien, zeg ik dat ze het op moeten rapen. Want dat doen ze thuis toch ook niet?” Reinier zegt lachend: “Het komt wel eens voor dat volwassenen klagen over de jeugd die van alles weggooit, maar zelf kunnen ze er ook wat van. Laatst een vrouw die aan het klagen was over ‘de jeugd van tegenwoordig’. Vervolgens gooit ze zelf haar peuk op de grond. Maar dat gaat hier niet zomaar! Ja maar de trein. Nee niets! Oprapen die handel.”
Alex: “De heren zijn zo betrokken bij hun station! Wanneer zij iemand vragen iets op te ruimen dan doen mensen dat met liefde. Zo kunnen wij ze helpen hun station schoon te houden!”
Rust en waardering
Paul en Reinier kregen allebei een SW-indicatie in verband met drukte in hun hoofd. Paul: “Voordat ik bij SOWECO terechtkwam, werkte ik in reguliere bedrijven. Ik nam alle drukte mee naar huis. Toen ik eindelijk bij SOWECO terechtkwam, kwam ik van de hel in de hemel. Alle spanning was weg. Ik heb veel meer duidelijkheid en dat brengt rust in mijn hoofd.”
Ook Reinier heeft rust en duidelijkheid nodig. Dat krijgt hij nu. Reinier en Paul hebben elkaar vijf jaar geleden leren kennen. En werken sindsdien samen.
Paul: “Hij is rustig. Ik ben rustig. Het klikt gewoon.”
Het leukste aan hun baan vinden ze de waardering die ze krijgen en het contact met de reizigers. Al gebeuren er soms ook wat minder leuke dingen.
Reinier: “Een vrouw kwam eens naar me toe om me te melden dat er chocola op de stoel zat. Ik liep met haar mee om het schoon te maken. Rook één keer. En zei: Nou... Dat is geen chocola hoor mevrouw! Bah!
|
|
Marion Sinnema, Femke Brokers, Samira Darwies en Cherell Boudrie |
Je doet het samen - een bijzondere samenwerking |
Inclusief ondernemen moet ergens beginnen. Tegenwoordig gebeurt het steeds vaker dat opdrachtgevers aan leveranciers vragen wat er voor nodig is om mensen uit de doelgroep bij hen te plaatsen. Ambiq is een organisatie die zorgt voor mensen met een licht verstandelijke beperking. Zij zocht in 2016 een nieuwe schoonmaakpartner. Eén van de vereisten was dat de partij meerwaarde moest kunnen leveren op het gebied van inclusiviteit, om samen een duurzame relatie op te bouwen. |
“Het is mooi om ze te zien groeien.”
Asito en Ambiq hebben een aantal stageplekken gecreëerd. Zowel in de schoonmaak als in de catering. De stageplekken zijn bedoeld voor jongeren met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. Dit kunnen jongeren zijn die wonen bij de zorginstelling of via een andere weg komen.
Samira Darwies en Marion Sinnema begeleiden de jongeren op de werkvloer. Samira: “We zijn één voor één begonnen. We begonnen met Cherell, toen kwam Femke en toen Verena en Tim. Ik laat ze stap voor stap zelfstandig werken, steeds een beetje uitbreiden tot ze het volledig zelf kunnen. Toen Femke begon heb ik Cherell gevraagd om dingen uit te leggen. Ik wil graag meer zelfvertrouwen creëren. Ik wil ze laten inzien dat ze iets kunnen en ergens goed in zijn. Want dat missen ze soms! De zelfverzekerdheid om te zeggen dat ze het kunnen. Het gaat nu steeds beter.”
Cherell woont bij Ambiq en begon als eerste met de stage: “Ik was op zoek naar een stage maar kwam bijna nergens aan het werk. Wanneer ik vermeld dat ik bij Ambiq woon haken werkgevers af. Uiteindelijk kon ik bij Ambiq zelf terecht! Ik vond het erg moeilijk toen Femke kwam. Ik moest gewoon wennen aan iemand er bij. Nu gaat het goed. Niet altijd even goed. Maar meestal gaat het wel goed.”
Femke loopt deels stage bij Ambiq en deels bij Dimence: “Ik vind het fijn dat er iemand is om mee te praten. Vroeger kwam ik wel eens huilend op het werk. Samira gaat dan in gesprek met me, en dan gaat het beter. In het begin ging ik alleen naar Ambiq. Ik vond het helemaal niet leuk toen ik ook naar Dimence moest, kon ik dat wel? Maar ik vind het nu erg leuk! Misschien nog wel leuker dan Ambiq.”
Marion: “Het is mooi om ze te zien groeien. Ze maken inmiddels alleen de kas op, dat lukte een tijdje geleden niet.” Femke: “Jaa, Marion laat ons hoofdrekenen! Dat kon ik niet. Gewoon doen zei ze. En nu gaat het steeds beter!”
Zowel Marion als Samira geven aan het prettig te vinden om met de jongeren te werken: “Het geeft een stukje meerwaarde.” Femke, Cherell maar ook Tim en Verena hebben allemaal een andere aanpak nodig. Samira: “Iedereen komt met een andere gebruiksaanwijzing, maar dat leer je snel genoeg!”
|
Roy Nijhuis, Manager facilitaire zaken
Ambiq:
“Wij willen graag samen met onze leveranciers nadenken over hoe we mensen kunnen helpen. Dit kan bijvoorbeeld gaan over het aannemen van mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt of over hoe we onze cliënten aan het werk krijgen. Toen wij een paar jaar terug een schoonmaakpartij zochten zijn we op zoek gegaan naar een partij die hierover met ons na wil denken.”
|
Ambiq.
Als opdrachtgever en leverancier samen willen werken om dit soort initiatieven mogelijk te maken heeft Roy de volgende tips:
“Onthoud dat je het samen doet. Niet, wij betalen en that’s it. Nee. Durf je te laten aanspreken, accepteer dat het soms wat langer duurt en neem de tijd voor elkaar. Het gaat niet altijd goed, en dat is oké. Zolang de cliënten er maar niet onder lijden. Los het gezamenlijk op, zoek verbindingen en stap over obstakels heen. Je hebt allemaal hetzelfde doel.”
|
|
John Verpoort gaat regelmatig in gesprek met collega's op de werkvloer |
John: “Voorheen dacht ik vaak in hokjes, maar inclusief ondernemen vraagt om een breder beeld. Je kunt niet in doelgroepen denken, wel in oplossingen. Elke situatie vraagt namelijk om wat anders, je moet je verdiepen in de mens en in wat de organisatie kan en nodig heeft. Vandaaruit bekijk je verschillende perspectieven. Status-houders, praktijkschooljongeren, SW’ers, ze vragen allemaal een andere aanpak en een andere werkplek.”
“Wanneer je je gaat bezighouden met inclusief ondernemen komt er heel veel op je af,” aldus John. “Je bent continu bezig met de balans tussen mensen en de organisatie en je daar een weg in te zoeken. Wat heeft iemand nodig? Hoe kun je dit het beste faciliteren? En wat vraagt dit van de betrokken partijen? Je bent een soort van matchmaker die alle partijen samen probeert te brengen: Asito, UWV, gemeenten, opdrachtgevers, begeleiders en de persoon zelf. Inclusiviteit is maatwerk en het vraagt om inleving en begrip én kennis en kunde.”
Voor sommige mensen betekent dit bijvoorbeeld een werkervaringsplaats om terug te keren in het arbeidsproces of als onderdeel van de inburgering. We zorgen dan dat ze continu met een collega meelopen en langzaam hun eigen talent benutten tot ze toe zijn aan een betaalde baan. Bij een ander ga je direct op zoek naar een betaalde baan en zorg je dat de begeleiding goed is. En zo vraagt ieder individu maatwerk.
Veranderingen
Als het puntje bij het paaltje komt ben je toch bezig met een doel.
John: “Door mijn kennis en ervaring met verschillende doelgroepen kan ik onze objectleiders helpen de juiste keuze te maken voor een medewerker in hun team. Door gesprekken over taken, omgeving en met welk type mens ze graag werken kunnen we de juiste doelgroep identifceren. Ook de vraag van de opdrachtgever is hierin erg belangrijk. Daar komen onze mensen tenslotte over de vloer. Dat is het mooiste aan inclusief ondernemen: Uiteindelijk zien dat de juiste persoon op de juiste plek terecht komt. Als iemand dan een tijdje aan het werk is ga ik langs om hun verhaal op te halen en daarvan te leren. Wat kan beter of anders. Hoe kunnen we die casussen nu inzetten om in de toekomst een nog groter verschil te maken. Waar lopen we tegen aan? Wat kan beter? En wat is hiervoor nodig?”
Om dicht bij de bron te blijven gaat John regelmatig in gesprek met collega’s op de werkvloer. “Ik ben veel in gesprek met allerlei soorten mensen. Ook met mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. Je moet kunnen luisteren, oprechte interesse tonen en je kwetsbaar durven op te stellen. Het is een bijzonder iets dat iemand je zijn of haar verhaal toevertrouwt. Daarvoor moet je een veilige situatie creëren. De verhalen gebruiken we om van te leren en draagvlak te creëren binnen en buiten onze organisatie.” |
|
Ayla Rietjens heeft maar één droombaan: het schoonmaken van operatiekamers. |
Een bijzondere keuze voor de HOGE LAT
Ayla Rietjens legt de lat hoog. Ze weet dat ze sneller kan doorstromen naar een betaalde baan wanneer ze haar droombaan niet najaagt. Toch wil ze later operatiekamers schoonmaken en geen kantoren. Hierdoor duurt haar traject langer, maar dat is het voor Ayla helemaal waard.
Ayla is 22, heeft een persoonsgebonden budget en kan niet zelfstandig wonen. Ze woont begeleid op een woongroep van Dichterbij. Door zichzelf te ontwikkelen, onder andere door te werken, wil Ayla graag leren zelfstandig te wonen met ambulante begeleiding. Zodat ze uiteindelijk kan gaan samenwonen met haar vriend.
Ayla: “Ik wil erg graag betaald werk. Maar dat gaat heel moeilijk. Ik heb een tijd lang vrijwilligerswerk gedaan in een verzorgingshuis. Daar was geen uitzicht op een betaalde baan. Toen kwam mijn jobcoach met Asito.”
Ayla ging in gesprek met objectleider Man Chun Ng.
Man Chun: “Er was gelijk een klik. Ayla wil heel graag en is super gemotiveerd. Ze zit ons echt achter de broek aan en weet wat ze wil. We hebben afgesproken dat wanneer ze wat ziet dat haar leuk lijkt ze dit bij ons kan aangeven. En dat doet ze. Ze kwam er zelf mee dat ze graag operatiekamers wil schoonmaken. Dit is lastig voor iemand met een beperking vanwege de beperkte tijd om een OK schoon te maken en de hoeveelheid handelingen die je moet uitvoeren. Het is een hectische werkomgeving. We gaan het gewoon proberen.”
Ayla werkt via een project van Pluryn bij het Radboud UMC voor Asito. Ze wordt op afstand ondersteund door een jobcoach van Pluryn. Hier heeft ze dagelijks contact mee. Ze is begonnen met twee werkdagen in de week. Inmiddels komt ze vijf dagen in de week. Dit was op initiatief van Ayla zelf. Ayla maakt nu de gangen schoon. Zo leert ze omgaan met de hectiek en de onvoorspelbaarheid op operatiekamers.
Ayla’s doel is doorstromen naar betaald werk bij Asito. Ayla kan sneller doorstromen wanneer ze de keuze maakt om kantoren schoon te maken. Bijzonder is dat ze dit niet doet; haar droombaan is operatiekamers schoonmaken. En daar gaat ze voor!
Ayla: “Ik kijk altijd ziekenhuisseries op tv. Ik vind OK’s gewoon interessant. Ik maak nu de buitenkant van de K schoon. Straks wil ik ook de binnenkant schoonmaken. Het gaat wel moeite kosten om met de drukte om te gaan. Een OK schoonmaken is heel moeilijk werk. Maar ik kan dat.”
Man Chun: “Ze weet dat, wanneer ze betaald OK’s schoon wil maken, ze meer moet leren. Er zijn meer handelingen in een OK en OK’s moeten binnen een bepaalde tijd helemaal gedesinfecteerd worden.”
Momenteel werkt Ayla met buddy Lenny. Lenny geeft Ayla opdrachten die zij uitvoert. Ayla: “Het is prettig om Lenny erbij te hebben. Zij vertelt me wat ik moet doen. Als ik zelf wat moet doen weet ik niet wat. Ik weet wel hoe het moet maar gewoon niet wat. We doen alles samen. Dat is fijn.”
Ayla is een goed voorbeeld van de praktijkroute die medewerkers lopen om tot een juiste loonwaarde te komen. De verwachting is dat Ayla voor schoonmaak op de OK een loonwaarde krijgt van dertig procent.
|
PRAKTIJKROUTE: Je begint met leren in de praktijk, met behoud van uitkering. In principe volgt na een half jaar de loonwaardemeting. Na een jaar wordt er een nieuwe meting uitgevoerd. |
|
Nazret Tesfay slaagde in één keer voor haar inburgeringsexamen.
Ze is een Eritrese vluchteling, vijf jaar geleden kwam ze naar Nederland. Inmiddels is ze al een jaar uit de uitkering, spreekt ze aardig goed Nederlands en heeft ze haar inburgeringscursus gehaald. Iets wat in de praktijk niet vaak voorkomt
|
In Nederland krijg je waardering, respect en een goed loon. Dat kennen Eritrese mensen niet.
Voor de integratie van statushouders zijn de eerste paar jaar in Nederland de belangrijkste. Wanneer je statushouders wilt activeren om deel te nemen aan de maatschappij is het van belang ze in een vroeg stadium te laten deelnemen aan de arbeidsmarkt.
Veel statushouders zijn moeilijk te motiveren wanneer ze al een tijd in de uitkering hebben gezeten.
Nazret: “Ik schaam me voor het taalniveau van andere Eritrese statushouders. Ik probeer ze duidelijk te maken dat vrijwilligerswerk en werken goed is om de Nederlandse taal en cultuur te leren kennen. Maar veel mensen willen niet werken. Ook omdat in Eritrea beroepen zoals schoonmaakkracht een lage status hebben waar je slecht mee verdient.
Veel Eritrese mensen zoeken elkaar op en gaan met de gordijnen dicht thuis zitten. Dat is niet goed voor de integratie.”
Nazret slaagde in één keer voor haar inburgeringsexamen. De slagingskans voor mensen uit Eritrea ligt rond de vijf procent (april 2017, Telegraaf*). Dit is lager dan andere nationaliteiten. Nazret geeft aan dat een deel van het probleem is dat de lessen alleen niet genoeg zijn om voor het examen te slagen: “Je hebt meer nodig dan alleen de lessen. Vooral om de taal te leren. Ik praatte naast de cursus met zo veel mogelijk mensen. Ik heb twee jaar vrijwilligerswerk gedaan; met ouderen lunchen en knutselen. Zij hebben iemand om mee te praten en ik krijg werkervaring. Ook met mijn buren en mensen in de supermarkt spreek ik veel."
*Bron: https://www.telegraaf.nl/nieuws/113685/inburgeraar-komt-niet-ver-bij-taalles
|
Bijzondere inburgering
“Nazret leert snel en ze is erg zelfstandig.
Ze is gewoon een leuk mens.”
|
|
Nazret
In Eritrea werkte Nazret als typiste en serveerster. Omdat ze daarnaast mensen hielp met het verkrijgen van benzine werd ze twee keer gearresteerd en gevangen genomen. Het was voor haar onveilig om nog langer in het land te blijven. Dus vluchtte ze, zonder haar toen 8-jarige dochter, via Soedan naar Turkije, naar Griekenland, naar Italië om uiteindelijk in Nederland terecht te komen.
Nazret: “Het was niet mijn bedoeling om naar Nederland te vluchten. Mijn doel was Engeland. Omdat ik al een beetje Engels praat. Maar zo ver kwam ik niet. Ik heb er alles aan gedaan om zo snel mogelijk de Nederlandse taal te leren en te integreren.”
Nazret wilde niet afhankelijk zijn. Dus ze had maar één doel: uit de uitkering.
“Ik ben nu ruim een jaar uit de uitkering. Dat voelt goed. Ik wilde alles wel doen. Ik heb op meerdere plekken meegelopen. Uiteindelijk kwam ik bij Asito terecht. Daar kreeg ik een contract aangeboden. Ik ben blij met het werk. Ik heb plezier met mijn collega’s, de mensen zijn lief en ik krijg waardering voor het werk dat ik doe. Wanneer ik aan het eind van de dag naar huis ga en een schone omgeving achterlaat, dan ben ik echt blij.”
Voor Nazrets leidinggevende was er geen twijfel over mogelijk.
Indira Sahni, objectleider Asito: “Na haar proefplaatsing hebben we Nazret gelijk een contract aangeboden. Nazret is zo gemotiveerd om haar werk en haar leven in Nederland op te bouwen. Daarnaast is ze gewoon een erg leuk mens, ze leert snel en ze is erg zelfstandig. Zowel collega’s, de klant als de pandgebruikers lopen met haar weg.”
Dochter
Nazret is gezien haar situatie en achtergrond erg positief. Het enige dat ze wil is dat ook haar dochter naar Nederland komt. Die heeft ze nu vijf jaar niet gezien. Nazret: “Ze was acht toen ik haar voor het laatst zag. Het is te gevaarlijk voor haar om ook te vluchten. Ze heeft het al een keer geprobeerd, ze werd gearresteerd en moest naar de gevangenis. Ik ben met verschillende instanties in gesprek om haar hier te krijgen. Maar mensen mogen het land niet uit. Ik bel wel veel met haar. Ik hoop haar uiteindelijk in Nederland in mijn armen te kunnen sluiten. |
Inclusiviteit: IEDEREEN IS WELKOM EN MAG ER ZIJN |
|
Verica, Sandra, Ashley, Serena, Naomi en Paul.
Leren in de praktijk. |
"Ik ben dom want ik kan niet goed leren." Een veel gehoorde uitspraak wanneer je praktijkschooljongeren naar hun verhaal vraagt. Zelfvertrouwen vergroten en positieve ervaringen laten beleven is belangrijk als je met deze doelgroep gaat werken. |
Serena, Paul, Naomi, Ashley en Verica, praktijkschooljongeren aan Pouwer College, lopen allemaal stage bij de Universiteit Utrecht voor Asito. In de schoonmaak. Ashley: “Ik wilde gewoon iets anders doen dan school. Geen boeken meer.” Naomi voegt toe: “Ja, het is erg druk op school. Ik dacht in het begin wel. Bah schoonmaken! Moet je met je hoofd in de pot. Maar het werk valt reuze mee, het is gezellig en we hebben erg leuke collega’s.” De samenwerking tussen Asito, Universiteit Utrecht en Pouwer College begon met de vraag van de universiteit om vorm te geven aan inclusief werkgeverschap. Asito en Universiteit Utrecht zijn samen gaan kijken naar welke doelgroep het beste bij de universiteit past. De uitkomst: pratijkschooljongeren die de laatste twee jaar van hun opleiding stage lopen en dan uitstromen naar een betaalde baan in de schoonmaak of daarbuiten. Katlijn van der Haagen, stagecoach van de leerlingen: “Op deze manier kunnen de leerlingen zich oriënteren op de arbeidsmarkt en ervaring op doen.” De jongeren zelf geven aan dat ze voor een stage hebben gekozen om lekker in de praktijk bezig te zijn, en inderdaad om een stukje werkervaring op te doen. Sandra Verwer begeleidt de jongeren op de werkvloer: “Ik ben er een beetje ingerold. Ik dacht hoe moet ik dit aanpakken? Er is geen boekje voor of iets. We hebben elkaar eerst een beetje leren kennen.” Dit deed ze door veel te praten en door een speelse aanpak te hanteren. Verica: “In het begin speelden we wel eens een soort van verstoppertje. Om het gebouw te leren kennen stuurde ze ons een foto en dat moesten wij gaan zoeken.” Serena: “En we praatten veel. Ze werd steeds een beetje strenger. En dat is goed.” Sandra: “Ik ben erg trots op ze. Ze zijn zo gegroeid. Ik kreeg in het begin het idee dat ze zichzelf dom vonden. Maar ze zijn niet dom. En steeds meer zie ik dat ze dat zelf ook inzien. Hun zelfvertrouwen groeit. En ze kunnen ook echt heel veel! Laatst moesten ze voor hun basis- vakopleiding een toiletgroep schoonmaken, dat zijn 38 handelingen! En dat kunnen ze zo goed! Mooi!” Katlijn: “Ik zie hele andere leerlingen in vergelijking met de eerste paar weken. Ze hebben meer zelfvertrouwen en praten en durven meer.”
Sandra probeert de vijf zo veel mogelijk te helpen. Naomi en Ashley zijn onlangs twee dagen in de week begonnen in de catering, om te kijken of dat iets voor hen is. Paul begint binnenkort met meelopen in de gebouwzorg. Paul: “Ik ben met de stage begonnen om meer werkervaring op te doen. Maar ik wil later graag de techniek in. Ik vind het fijn dat Sandra haar best doet iedereen naar de juiste plek te krijgen, zij met catering, ik met gebouwbeheer.”“Ik vind het erg leuk om de jongeren te begeleiden,” aldus Sandra. “Het is zwaar. En ook pittig. Ik moet erg vaak dingen herhalen. Maar ik zou het voor geen goud willen missen.” |
VERVELING - Een bijzondere loopbaan |
|
Sri Kandiah heeft heel veel rijbewijzen en staat open voor veel dingen. |
Linda Bosman
“Wij gaan je helpen met het Loopbaan-station!” |
|
Sri Kandiah vluchtte 25 jaar geleden uit Sri Lanka en zijn tocht naar Engeland stopte in Nederland. Hij werkt nu al 15 jaar als schoonmaakkracht op Noordwest Ziekenhuisgroep in Alkmaar. Maar eigenlijk verveelt Sri zich een beetje...
|
Sri: “Ik heb hier niets meer te leren. Dat vind ik jammer. Ik wil graag ergens heen waar ik weer nieuwe informatie krijg. Of gewoon waar ik iets anders kan doen.” Ook is Sri een beetje eenzaam. Hij mist collega’s met wie hij over de wereld kan praten, want naast werk heeft hij niet zo veel sociale contacten.
Sri reageert regelmatig op vacatures. Een jaar geleden zat hij in een sollicitatieproces waar hij een VCA-cursus voor moest halen. Sri spreekt behoorlijk goed Nederlands maar de toets was voor hem te moeilijk. Hij is een aantal keren gezakt. “Toen ik hem eindelijk gehaald had was de vacature vergeven.”
Linda Bosman is objectleider en werkt met Sri: “Het was hartverscheurend om te zien. Hij kwam heel trots op het werk met het nieuws dat hij bezig was met de sollicitatieprocedure. We hebben hem nog geholpen met zijn cv. Toen hij hoorde dat de vacature was vergeven zakte hij helemaal in. Zo sneu om te zien. Wij hebben gezegd, we gaan je helpen! Toen kwam Asito met het Loopbaanstation.”
Het Loopbaanstation (zie kader) is nu actief bezig om kansen inzichtelijk te maken. Er is contact met kandidaten die misschien iets anders willen doen dan hun huidige functie. Linda: “We dachten gelijk aan Sri.” Sri: “Ik heb heel veel rijbewijzen. Als je achterop je rijbewijs kijkt, heb ik ze allemaal! Ik wil wel wat met auto’s doen. Vrachtwagenchaufeur of zoiets.”
TaxiWerq is één van de aangesloten bedrijven bij het Loopbaanstation. Zij hebben verschillende vacatures als chaufeur, kinderen naar school brengen en ouderen naar de dagbesteding. Linda: “Via het Loopbaanstation hebben wij Sri aangedragen. We weten nog niet precies hoe en wat, maar binnenkort neemt TaxiWerq contact met Sri op. Sri moet dan wel een taaltoets doen, maar we gaan er alles aan doen om te zorgen dat hij slaagt! En mocht dit uiteindelijk op niets uitlopen, dan kijken we of één van de andere betrokken bedrijven een opening heeft.” Sri zelf staat open voor heel veel dingen, “Ik wil gewoon iets nieuws doen. Meer kennis opdoen.” Ook andere partners van het Loopbaanstation zoals Koskamp en Securitas zouden bijvoorbeeld opties zijn voor Sri. Ondertussen is hij voorgesteld bij Müller Transport om zijn droombaan te bemachtigen als vrachtwagenchaufeur!
Organisaties kunnen lid worden van de coöperatie om oplossingen te zoeken en aan te dragen voor HR-vraagstukken, zoals vrijwillige mobiliteit, reintegratiemogelijkheden en het behouden van medewerkers op de arbeidsmarkt. Om medewerkers aan het werk te houden op de arbeidsmarkt, op de best passende functie. Ook het uitwisselen van medewerkers is een optie. |
Het Loopbaanstation geeft inclusief ondernemen praktische handvatten. Het platform is sinds december 2017 operationeel, maar is eind april 2018 officieel gelanceerd bij Asito. Alle medewerkers van de aangesloten organisaties krijgen toegang tot een platform. Hier kunnen ze actief aan de slag met hun loopbaan. Zo kunnen ze inzicht krijgen in loopbaankansen, opleidingsmogelijkheden, online trainingen, vacatures en online advies over hoe ze een bepaalde functie kunnen bemachtigen. Op het platform kun je op basis van competenties een profel opbouwen. Zo kun je inzichtelijk maken welke functie bij je past. Wil je dan actie onder-nemen en op een andere baan solliciteren, dan geeft het platform aan welke vaardigheden je moet ontwikkelen. Dit kan in de vorm van het volgen van een training, cursus of opleiding.
|
|
Inclusief ondernemen kan overal |
|
Patricia van Veldhuizen kan meer dan ze dacht en voelt zich weer nuttig. |
Veel gehoord argument in organisaties om niet met inclusief ondernemen aan de slag te gaan is dat ze denken geen geschikte werkplekken te hebben. “Bij ons werken alleen maar HBO’ers” of “Wij werken in een kantooromgeving” zijn veelgehoorde redenen om iemand met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt níet op te nemen in de organisatie. Toch is dit geen excuus.
Patricia van Veldhuizen heeft een SW-indicatie en werkt op het hoofdkantoor van Asito. Ze ondersteunt de afdelingen gezondheidsmanagement en HR Support. Patricia: “Ik heb een flinke klap gehad toen ik nog studeerde. Ik heb een spierziekte en veel gemist van school. Ik studeerde op het AOC bloemschikken niveau twee. Niveau twee is fysiek zwaar werk, dat gecombineerd met mijn spierziekte resulteerde in een SW-indicatie. Veel mensen denken dat wanneer je een SW-indicatie hebt je iets mankeert, zo van die heeft een rugzakje, of die wil niet. Maar dat klopt niet. Samen met de gemeente en het SW-bedrijf hebben we gekeken welk werk ik kon doen. Eerst in winkels, maar daarvoor was ik al snel te oud. Ik heb wat ervaring met administratieve werkzaamheden. Dus toen kwamen we bij Asito terecht.” Bij Asito is er op de HR-afdeling gekeken welke taken ze konden afstoten om voor deze taken iemand aan te nemen met een afstand tot de arbeidsmarkt. “Ik ging in gesprek en dat was meteen leuk. Ik heb verteld over mijn beperkingen, maar vooral ook over wat ik kan. In het begin heb ik voornamelijk koffie gehaald en dingen gescand. Ik was allang blij dat ik bezig was, onder de mensen. Ik heb ook het gevoel dat ik gelijk werd geaccepteerd. Mijn collega’s waren erg begripvol en legden alles rustig uit.
Er wordt hier gekeken naar wat ik wel kan, en niet naar wat ik niet kan. Inmiddels doe ik steeds meer. Zo help ik collega’s met personeelsdossiers, maak certifcaten en diploma’s, regel de vakantieplanning en doe wat archiveerwerk.”Voor Patricia betekent werken weer nuttig zijn. “Ik heb leuke collega’s, ben weer onder de mensen. En ik ben weer nuttig. Zo voelt het voor mij. Plus ik werk hier nu twee jaar en ik ben erg gegroeid. Ik kan meer dan ik dacht!”
Patricia haar tip aan bedrijven die willen beginnen met inclusief ondernemen is: “Probeer het gewoon en laat de rugzakjes los. Ga kijken naar wat iemand kan en kijk hoe je andere medewerkers kunt verlichten. Zo kan iemand anders deze taken oppakken.”
|
Bijzondere Binnenkant - Jobcoach |
|
Ester Coenen is opgeleid tot interne jobcoach en begeleidt Peter en Velasca. |
Peter werkt al sinds 2009 op het Provinciehuis. In eerste instantie werd hij gedetacheerd. Daarna kreeg hij een vast contract aangeboden. “Toen mijn vorige contract afiep was ik bang dat ik weer tussen wal en schip zou vallen. Maar ik heb het hier al sinds 2009 naar mijn zin. Ik werk 32 uur in de week. Toen de schoonmaak aan een ander bedrijf werd gegund moest ik wel weer even wennen aan de veranderingen. Maar het is goed zo.” Toen Asito de gunning van het Provinciehuis kreeg hebben ze Peter van het vorige schoonmaakbedrijf overgenomen.
|
Velasca is bij Asito gekomen via een stage. Na haar stageperiode heeft Velasca een baan aangeboden gekregen. Ze werkt drie uur per dag, vijf dagen in de week.
“Ik heb al van alles gedaan, horeca, catering en nu schoonmaak. Ik vind poetsen leuk.”
Velasca is op veel plekken werkzaam geweest, elke keer voor een korte periode.
“Eerder kreeg ik minder begeleiding. Nu gaat het een stuk beter. Ik zit helemaal op mijn plek.” |
Sommige verhalen zijn voor de één heel bijzonder en voor de ander niet. Velasca wil vooral heel gewoon zijn. En dat is ze in zekere zin ook. Maar haar verhaal, samen met dat van Ester, is een inspiratiebron voor anderen.
Asito is sinds september 2016 verantwoordelijk voor de schoonmaak op het Provinciehuis in Maastricht. Eén van de vereisten in het contract is het inzetten van 25% SROI. Ester Coenen is voorwerker op het Provinciehuis. Naast haar werk als voorwerker is ze interne jobcoach voor de medewerkers uit diverse doelgroepen. Ester begeleidt Velasca en Toos (die uit de WW komt). Ook Peter, die eigenlijk een externe jobcoach heeft, begeleidt Ester zo nu en dan. Ester: “Mijn zoon heeft een Wajong-status. Voor mij is het begeleiden dan ook erg natuurlijk. Ik doe het graag. Krijg er veel energie van. Vaak ben ik ’s avonds wel helemaal uitgeput. Dan begint het verwerken. Ik vind het belangrijk om mensen te leren kennen. Vaak zie je alleen iemands buitenkant. En daar oordeel je dan naar. Dan leer je wat hen drijft. Neem Velasca. Er is aan haar niet te zien dat er wat aan de hand is. Dat kan soms moeilijk zijn.”
Vooral zelfvertrouwen kweken vindt Ester belangrijk. Ester: “Ze snappen niet hoeveel ze waard zijn. Ik wil ze dat leren. Ik wil dat ze zich belangrijk voelen, ze zelfvertrouwen geven. Ik probeer dit te doen door ze verantwoordelijkheden te geven. Peter heeft tegenwoordig de telefoon bij zich en is betrokken bij de begeleiding van Velasca. Ik zie ze groeien. Dat geeft een goed gevoel.”
Interne jobcoach
Ester is opgeleid tot interne jobcoach. Mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt krijgen bij indiensttreding doorgaans een externe jobcoach. Een bedrijf kan voor iemand een interne jobcoachings-voorziening aanvragen bij het UWV of de gemeente. Het duurt even voor zo’n aanvraag verwerkt is. Wanneer de aanvraag is goedgekeurd ontvangt het bedrijf een subsidie als tegemoetkoming voor de uren die aan begeleiding worden besteed. Voor Velasca is dit op 1,5 uur per week gecalculeerd. Ester: “Het voordeel van een interne jobcoach is dat ik altijd aanwezig ben. Wanneer er problemen zijn ben ik er om te praten. Daarnaast begrijp ik de werkvloer en de werksituatie. Tijdens Velasca’s stage had ze een externe begeleider. Helemaal prima natuurlijk. Maar ik was er alsnog erg veel tijd mee kwijt. Het zou fjn zijn om hier een betere regeling in te trefen.”
Uitdagingen
Mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt begeleiden is niet altijd even makkelijk. Maar Ester ziet weinig uitdagingen. “Waar ik tegenaan loop is dat er soms weinig tijd is. Ik krijg anderhalf uur per week voor de begeleiding van Velasca. Maar meestal neemt het meer tijd in beslag. Na elke werkdag zitten we samen. Wanneer het meer tijd kost, gaat het van mijn vrije tijd af. Ik kan niet tegen Velasca zeggen: ‘Je anderhalf uur zit erop. Holle he!”
De doorstroom naar een nieuwe baan ziet Ester wel als een uitdaging. “
Ik begeleid ze naar een nieuwe baan. Dat is uiteindelijk het doel. Maar dan hebben ze een nieuwe baan, en dan is ineens de begeleiding weg. Ze komen dan in een nieuwe omgeving, met nieuwe mensen en een andere begeleider. Als ik ze nou de eerste twee maanden ook extern kan begeleiden hebben ze nog iets vertrouwds en gaat die overgang veel makkelijker. Ik kan de nieuwe jobcoach mijn kennis overdragen en zorgen voor een warme overdracht. Dit kan bijdragen aan een succesvolle realisatie van de doorstroming. We maakten het onlangs mee met een andere medewerker die door mij begeleid werd. Zij stroomde door naar een nieuwe baan. Weg begeleiding. Ik hoop dat het goed gaat, maar ik ben er een beetje bang voor."
|
|
Deelnemers aan het kampvuurgesprek. |
Bij Asito werken van nature mensen met verschillende etnische en culturele achtergronden. Ook hebben we veel mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt een plekje kunnen geven. Om een aantal verdiepingsslagen te kunnen maken op het gebied van diversiteit en inclusie en om ten aanzien van deze onderwerpen innovatief te blijven, heeft Asito de Adviesgroep Diversiteit ingesteld.
Hassan, lid adviesgroep: “Diversiteit is voor ons dagelijkse kost. Iedereen is welkom bij Asito, maar we willen een stapje verder gaan. We willen voor iedereen een fijne werkplek creëren, we willen dat iedereen zich thuis voelt op de werkvloer.”
De Adviesgroep Diversiteit bestaat uit medewerkers van Asito uit verschillende lagen van de organisatie. Mensen met verschillende leeftijden, functies, achtergronden, afkomst en interesses. De groep heeft als doel om diversiteit en inclusie binnen Asito blijvend te versterken.
Kampvuurgesprek
Eén van de activiteiten die de adviesgroep heeft georganiseerd is een kampvuurgesprek met HR Directeur Hans van Leeuwen, geleid door antropoloog Jitske Kramer. Volgens een Botswaanse traditie mochten de aanwezige ‘dorpsgenoten’ hun mening en advies geven aan ‘chief’ Hans op de vraag hoe Asito diversiteit binnen de organisatie nog verder kan ontwikkelen.
Hans: “Door middel van het kampvuurgesprek creëren we ruimte om echt met elkaar in gesprek te gaan en te onderzoeken wat de ander nou echt bedoelt. We creëren een veilige omgeving waar alles gezegd en geuit mag worden, onvrede, advies, dingen die goed gaan. Ik was onder de indruk van alle informatie die op tafel kwam. Bijvoorbeeld dat een deel van de dingen die we doen, zoals ons taalbeleid, nog niet bij iedereen bekend is. En praktische ideeën om diversiteit en inclusie verder te brengen!”
Uit de kampvuursessie zijn veel suggesties gekomen, zoals op het gebied van erkenning, respect, aandacht, ontwikkeling, arbeidsvoorwaarden, enzovoort. Asito gaat nu aan de slag om een aantal van de suggesties daadwerkelijk in actie om te zetten.
|
Zelfvertrouwen doet wonderen - Een bijzondere match |
|
Robert van Veldhuisen wil aan zijn zelfvertrouwen blijven werken.
Sandra Hendrixs is voorwerker bij Asito en begeleidt Robert. |
“Hij kwam helemaal ineengekrompen binnen en heeft de eerste weken niets gezegd. Zo verlegen was hij. Een grijs muisje. Hij woonde bij zijn moeder en wist zijn eigen pincode niet. Nu woont hij op zichzelf, heeft meer zelfvertrouwen en doet hij zijn verhaal aan twee vreemde mensen! Hij is zo ontzettend gegroeid!”
Robert van Veldhuisen heeft een Wajong-status. Tweeeneenhalf jaar geleden kwam hij via het UWV bij Asito terecht als schoonmaakkracht. Daarvoor was hij twee jaar werkloos.
Robert: “Ik wilde eigenlijk alles wel doen. Dus toen ze met schoonmaakwerk kwamen heb ik gelijk ja gezegd. Ik wist niet zeker hoe het zou lopen. Ik had hiervoor ook al wel een baan gehad, maar dat ging niet goed. Ik kreeg geen begeleiding en had ook geen jobcoach of iets. Dat ging niet.”
Voorwerker Sandra Hendrixs begeleidt Robert. Sandra: “Ik heb ervaring met het begeleiden van jongeren met een Wajong. Ook mijn zoon heeft een Wajong. Ik zie hoe mensen soms mijn zoon behandelen, soms wordt hij gewoon verstoten. Dat is onterecht. Ik weet door mijn ervaring een beetje wat Robert meemaakt. Dat kan ik gebruiken in zijn begeleiding.” De eerste paar maanden heeft Robert alleen met Sandra meegelopen. Sandra heeft bij het UWV om een jobcoach gevraagd, omdat Robert erg langzaam los kwam. Sandra: “Eigenlijk had dat niet gehoeven. Hij had wat tijd nodig. Voordat ik het wist ging het beter.”
Robert voegt toe: “Ja, het ging ineens erg snel. In de eerste weken liep ik achter Sandra aan. Een beetje met de wisser.”
Daarna begon Robert met de trappen, toen de lift en de vloeren. Sandra: “Ik zag dat het in hem zat. Toen heb ik hem langzaam los gelaten. Meer taken gegeven. Het doel was om Robert meer zelfvertrouwen te geven. En dat is gelukt! Zelf-vertrouwen kweek je door complimenten te geven. Zo van: “Dat ging minder, maar dit ging echt supergoed!”
Inmiddels heeft Robert geen jobcoach meer en kan hij zelfstandig aan het werk. Sandra: “Ik ben nog wel erg beschermend. Sommige mensen vroegen Robert taken uit te voeren die hij niet hoeft te doen, dingen die bijvoorbeeld niet in het contract staan. Hij deed dat dan ook gewoon. Hij kroop voor iedereen! Maar Robert is de specialist en hij weet wat hij wel en niet moet doen! Dit gebeurt nu niet meer. Robert kan inmiddels namelijk prima nee zeggen!” Sandra en Robert zijn een goed duo, het lijkt een perfecte match te zijn. Sandra: “Ik zie Robert als meer dan een collega. Ik ben zo blij dat ik hem heb kunnen helpen. Als ik zie dat een ander mens gelukkig wordt, dat iemand opbloeit. Ja! Daar word ik ook blij van.” Robert geeft aan dat hij prima op zijn plek zit en nog wel jaren zo aan het werk kan blijven. Hij wil wel aan zijn zelfvertrouwen blijven werken. En de basisvakopleiding schoonmaak doen. In april gaat hij dan ook starten en zijn diploma halen.
|
Charles Vink
Algemeen Directeur Asito |
|
Deze mooie en ontroerende verhalen kunnen we optekenen omdat Asito ‘verbinden’ in haar DNA heeft. Het DNA dat al decennia bepaald, getekend en bewaakt wordt binnen ons prachtige familiebedrijf. Dit is niet vrijblijvend. Integendeel, het is een visie die onze handel en wandel bepaalt!
Als belangrijke erkenning voor deze aanpak ontving Asito op 15 februari 2018 de eerste Award Diversiteit in Bedrijf voor haar activiteiten op het gebied van diversiteit en inclusiviteit. Diversiteit in Bedrijf is een onderdeel van de Stichting van de Arbeid en heeft als doel het gedachtengoed van het Europese Charter Diversiteit verder te verspreiden. Het Charter Diversiteit is een intentieverklaring en richt zich op werkgevers in de publieke én de private sector. Door het ondertekenen ervan verklaart een werkgever zich actief te willen inzetten voor meer diversiteit en inclusiviteit op de werkvloer. Asito is één van de 22 werkgevers die op 2 juli 2015 als eerste het Charter ondertekende. Het direct aansluiten bij dit belangrijke initiatief past volledig bij de ambitie van Asito.
Ik vind het belangrijk te benadrukken dat schoonmaakdienstverlening de core business van Asito is. Dat wij kwalitatief al jaren tot de besten behoren en qua omvang inmiddels in de top drie van schoonmaakdienstverleners in Nederland zitten, geeft aan dat de onderneming succesvol is.
Dat het daarnaast voor medewerkers, opdrachtgevers en maatschappij belangrijk is dat de organisatie, via het thema inclusiviteit, een positieve bijdrage levert aan de Nederlandse samenleving wordt gezien als een vanzelfsprekendheid. Om deze reden is het ontvangen van deze onderscheiding een prachtige en terechte bevestiging dat bijna drie jaar na de oprichting van Diversiteit in Bedrijf de allereerste award (voor grote bedrijven) aan Asito is toegekend.
We zijn trots op onze ambities en resultaten en realiseren ons terdege dat we dit alleen maar met elkaar, dus met alle 10.000 schoonmaakkrachten, staf en management tot stand kunnen brengen. Met elkaar, zoals dat in een familie gaat! |
COLOFON
Iedereen doet mee
Teksten: Asito b.v.
Fotografie: Asito b.v.
Eindredactie: Asito b.v.
Vormgeving: Asito b.v.
Drukwerk papier:
Van Marle Grafische Bedrijven b.v.
Oplage: 1.500 exemplaren
Uitgavedatum februari 2018. |
Het Witboek 2.0 'Iedereen doet mee' is een uitgave van Asito B.V. Wij juichen het gebruik of delen van teksten uit dit boek toe. We waarderen het als u aan bronvermelding doet.
Van .pdf naar .html vertaald door
Leo Hooijmans | redacteur
facilitaire-informatie-online
uitgavedatum maart 2020 |
DezexxTekstIsVanLeoHooijmansGalileo
asito bv
staat voor schoon, duurzaamheid, gaan voor verbinding,
diversiteit & inclusiviteit en vakmanschap met meerwaarde!
voor webinformatie klik op logo..... |
|
NoordwijkFacilitaireInformatieOnline
Bezoekers keken naar de volgende links in ons kennisplatform:
|
facilitaire
informatie online |
|
visie duurzame mobiliteit 2016-2050
door leohooijmans
mede mogelijk gemaakt door facilitaire vakbeurs online |
|
csu scherp op schoon
scherp op een duurzam schone en prettige werkomgeving
voor ipresentatie klik op plaatje..... |
|
partij voor de mensen!
door leo hooijmans
mede mogelijk gemaakt door facilitaire aanbieders online |
|
wat is preventie?
arbo, bedrijfsveiligheid en preventie, een filmpje van inpreventie.
mede mogelijk gemaakt door facilitaire vakbeurs online |
|
aan het gas? liever niet meer!
door leohooijmans
mede mogelijk gemaakt door facilitaire vakbeurs online |
|
heel bijzondere gebouwen
in deze sub-'rubriek' vind u gebouwen, die zeer de moeite waard zijn om voortdurend opgemerkt te blijven! om historische, architectonische, milieuvriendelijk en vooral mensvriendelijke redenen.
deze gebouwen staan bij elkaar. klik op het plaatje links.... |
|
'opgeruimd staat netjes' versie 22
ex(it) cv en gasaansluiting!
door leo hooijman, mede mogelijk door bureau galileo |
|
visie duurzame brandstoffenmix
door het ministerie van infrastructuur en milieu
mede mogelijk gemaakt door de facilitaire vakbeurs online |
|
"hé, dat is van ons!"
uit jij & wij, magazine van de pensioenfonds detailhandel
mede mogelijk gemaakt door facilitaire vakbeurs online |
|
elk kantoor kan energie besparen
uit facilitair! - magazine van facilicom services group
mede mogelijk gemaakt door de facilitaire vakbeurs online |
|
verspilling van zorggeld!
door leo hooijmans
mede mogelijk gemaakt door de facilitaire vakbeurs online |
|
elektrische mobiliteit in 2020
volop kansen voor nederland
door ernst & young
mede mogelijk gemaakt door facilitaire aanbieders online |
deze informatie wordt u aangeboden door leo hooijmans redacteur+mva |
mede mogelijk gemaakt door dé facilitaire vakbeurs online
facilitaire vakbeurs online
nog nooit wat adverteren zó doelgericht en zó lang houdbaar!
365 dagen per jaar/24 uur per dag.
voor presentatie klik op plaatje..... |
|
(1107-01)
|
facilitaire-informatie-online.nl ©
ingevoerd op 8 maart 2020
het laatst gewijzigd op
6-04-2020
voorwaarden voor gebruik/bezoek van deze website: klik hier....
(de kleine lettertjes, maar dan iets groter)
|
|